2. Klaarkamp, het 'verdwenen' dorp

 

 

Clarus Campus 1163 - 1580

Computeranimatie van Klaarkamp. Gemaakt door Otte Visser uit klas 4 aan de hand van de opgravingen van de fundamenten .

Ga voor de aardigheid op een mooie dag eens op de fiets naar Sijbrandahuis. Sla daar linksaf richting Birdaard. Na een paar honderd meter zie je aan de rechterkant, voor een boerderij, een hele grote steen. Het is een herinnering aan het Klooster Klaarkamp.

Op die steen is de Latijnse lijfspreuk van het klooster gebeiteld:

TERAR DUM PROSIM
en linksonder de vertaling:
Ik moge verteren (ten onder gaan) als ik maar nuttig ben

Dit lijkt wel abracadabra. Wat bedoelden de monniken hiermee? Misschien snap je het als je het verhaal over Klaarkamp gelezen hebt.Wanneer je de fiets weg zet en hier het land in gaat, kijk dan eens goed in de bermen en sloten. Misschien zie je nog brokstukken van stenen. Hier was vroeger het grootste dorp van Dantumadeel, Klaarkamp.

Advertentie Leeuwarder Courant

 

7 mei 1858 Terpaarde te koop van het Claarkampster klooster onder Rinsumageest voor ƒ0,35 per ton, invaart bij de Hoge Brug.

 

Van 1858 tot 1941 is de terp waarop het klooster Klaarkamp stond afgegraven. De terp was indertijd vier en een halve meter hoog. De laatste afgraving van 1939 tot 1941 bracht een deel van de fundamenten van het klooster aan het licht. Het enige wat je nu nog kunt vinden zijn brokstukken van stenen waaruit het klooster eens bestond.

 

Klaarkamp was vroeger het grootste dorp van Dantumadeel. Hier woonden vroeger soms wel 600 mensen, terwijl andere dorpen in de buurt toen vaak nog geen 200 inwoners hadden. Alleen Dokkum was groter.

 

 Kaart uit 1720 met daarop de plaats van het klooster Klaarkamp.

 

Luchtfoto uit 2007 van het terrein van Klaarkamp.

 

Zo ziet het terrein waarop het klooster stond er nu uit. De Klaarkampsterweg loopt dwars door het vroegere kloosterterrein. Op deze plaats bevond zich een terp en daar bovenop het klooster. Rechts is nog iets van een gracht te herkennen. 

 

Op dit kaartje zie je verschillende kloosters. Klaarkamp was het eerste, grootste en belangrijkste klooster van Friesland. De monniken van Klaarkamp hebben wel 20 dochterkloosters gesticht. 

Dochterkloosters waren onder andere: Bloemkamp bij Bolsward, het klooster Jeruzalem bij Gerkesklooster en het klooster Aduard.

 

Verder zie je op dit kaartje uithoven van Klaarkamp, zoals Janum en de Schierstins.

 

Het klooster stond op een terp van vier meter hoog, met daarop de huizen en een soort beschermingsmuur. Het klooster was verder beveiligd door een gracht. In deze omgeving hebben honderden jaren lang monniken en lekenbroeders gewoondLekenbroeders zijn monniken die vooral handenarbeid doen. Ze dragen grijze kappen en doen het werk op de uithoven zoals de Schierstins. De kloosterregels voor de lekenbroeders zijn minder streng dan die van de monniken.

 

 Op de foto zie je graan, wol,turf en hout.

 

De monniken van Klaarkamp handelden in graan, wol, hout, turf, stenen, zout vlees, boter en kaas. Ook handelden ze in stenen, waarvan ze er duizenden moeten hebben gebakken. Die stenen noemen we kloostermoppen of 'oude Friezen'. Het zijn vrij grote, geelrode bakstenen, die gebruikt werden voor het bouwen van kerken in de buurt. Voor het bakken van al die stenen hadden de monniken klei nodig. Door het afgraven van de klei is waarschijnlijk het Klaarkampstermeer ontstaan. In de loop der jaren polderden de monniken ook heel veel land in. Hun schepen gingen via Dokkum zelfs naar de Oostzee en naar steden in Vlaanderen.

 

 

Hierboven zie je het terrein van Klaarkamp volgens een oude kadasterkaart. De twee boerderijen van het kaartje staan er nu nog (langs de Klaarkampsterweg). Als je goed kijkt naar de kaart, dan kun je aangeven hoe de grachten en vaarten rondom Klaarkamp gelopen moeten hebben. Ik heb met een blauwe kleur aangegeven wat volgens mij water was.

 

Hard leven

Waarom wordt iemand monnik? Het leven van deze monniken lijkt immers erg zwaar. De dag begon 's ochtends al heel vroeg, met de eerste van zeven korte kerkdiensten. De kerk was niet verwarmd en tot aan de veertiende eeuw zaten er ook geen ramen in. Na deze eerste dienst begon het werk, afgewisseld met de overige kerkdiensten; 7 diensten op een dag; 7 dagen per week; week in week uit een leven lang. 's Middags om één uur werd er pas voor het eerst gegeten. De monniken waren dan al vele uren uit bed.

 

 

Het werk werd zwijgend gedaan. Dat werk kon van alles zijn, want er moest veel gebeuren in zo'n groot klooster. Klaarkamp had zo'n 4000 hectare grond. Een deel daarvan werd verhuurd aan zo'n 80 boeren en de rest werd bewerkt door het klooster zelf, net als de uithoven van het klooster. De monniken haalden turf uit Veenwouden, ze hadden schepen, gaven les, schreven boeken, polderden land in, en ga zo maar door. Het ene werk was populairder dan het andere werk. Een monnik schreef: "De meeste monniken houden meer van handenarbeid dan van studeren."

 

 

Bij monniken denken wij aan vrome, rustige broeders. Maar het kloosterleven in Klaarkamp verliep niet altijd even rustig. Er waren periodes van bloei en achteruitgang. Bij een ruzie tussen het klooster van Ferwerd en Klaarkamp werden vier monniken van Klaarkamp gedood. In 1524 werd de abt van Klaarkamp doodgestoken door een monnik. De abt ergerde zich aan het drankgebruik van de man. De monnik vluchtte naar Leeuwarden, maar werd gevangen genomen en in Klaarkamp opgesloten in een cel die bijna volledig dichtgemetseld was. 

Dit is een foto uit Isenhage, een Cisterciënzer klooster in Duitsland. Vermoedelijk zag Klaarkamp er van binnen ook zo uit.

 

Naam

De naam van klooster Klaarkamp was officieel: 'Monasterium beate Maria de Claro Campo', klooster van de heilige Maria van Klaarkamp. Hier woonden Cisterciënzer monniken, een kloosterorde die in Frankrijk in Clairvaux gesticht was. Clairvaux betekent 'het lichte dal' en Klaarkamp betekent 'het lichte veld'.  Wij Friezen noemden dit klooster gewoon Klaarkamp en de monniken 'skiere mûntsen'. Die laatste naam kwam van de grijze mantel waarin de lekenbroeders liepen (de monniken droegen een witte pij). Grijs is in het Fries 'skier'. Je vindt dat 'skier' ook nog terug in de naam Schierstins, Schiersloot en Schiermonnikoog (in het Fries: Skiermuontseach).

 

Stuk van een deksel uit Klaarkamp

Kloostermop met de naam Bernardus

 

'Verzekeringsbedrijf’ voor nu en tot in de hemel

Wie kloosterling werd, kwam zeker in de hemel, zei de kerk. Maar niet iedereen werd zo maar in het klooster toegelaten. Eigenlijk konden alleen de rijkere mensen zich via het klooster verzekeren van een plaats in de hemel. Je kon eigenlijk alleen maar monnik worden na een schenking aan het klooster.

 

In Veenwouden wonen in 1372 een zekere Siardus Tiabkama en zijn vrouw Witeka. In een oorkonde van 4 juni 1372 staat dat ze een groot stuk veen in St. Johanneswoud  aan God en het klooster Klaarkamp geven. Ter compensatie zullen ze voortaan onderhouden worden door het klooster Klaarkamp. Hun zoon wordt als schooljongen in Klaarkamp opgenomen en hun dochter als koorzuster in het klooster Nazareth. Het echtpaar mag tot hun dood in Dokkum in een huis van het klooster wonen zonder huur te betalen. Verder krijgen ze brood, bier, vlees, bonen, meel, turf en haring van het klooster. Dus verzorgd tot aan en na hun dood. De  oorkonde is geschreven door abt Ludulphus van Klaarkamp en voorzien van het zegel van Klaarkamp.

 

Oudste zegel van Klaarkamp

Steen van een zuil uit Klaarkamp

 

Wat is er nog van over?

Als je er nu rondkijkt op de plek waar Klaarkamp was, vind je alleen nog stukken van oude kloostermoppen in de grond. In 1580, tijdens de 80-jarige oorlog, werd Friesland van katholiek protestants. Het bestuur van Friesland besloot dat al de kloosters afgebroken moesten worden en dat de grond verkocht moest worden. 

 

Sijbrandahuis Kloosterkapel

Janum, uithof van Klaarkamp

 

Muntvondst

Vlak voor en tijdens de tweede wereldoorlog werd het laatste stuk van de terp van Klaarkamp afgegraven. Er werd toen een kistje met allemaal gouden en zilveren munten gevonden. De munten zijn uit de perioden 1322 - 1346. In 1350 brak in ons land een heel besmettelijke ziekte uit, de pest. Aan deze ziekte stierven in Europa éénderde van alle inwoners. In Klaarkamp stierven in één jaar 183 inwoners. Waarschijnlijk heeft iemand rond 1350 dat kistje met munten begraven. Maar waarom? Wat moest een monnik die geen eigen bezit mocht hebben met zoveel geld? Of was het de kas van Klaarkamp zelf? Het zijn vragen waarop we waarschijnlijk nooit een antwoord zullen krijgen. De gouden munten zijn in de tweede wereldoorlog verdwenen, maar de zilveren munten zijn bewaard gebleven. Ze zijn nu in het Admiraliteitshuis in Dokkum.

 

 

 

 

Bij het afgraven van de terp in de oorlog kwamen er ook allemaal stenen te voorschijn. Hier zie een deel van de fundamenten die bij het afgraven in 1942 te voorschijn kwamen. Hier bevonden zich de latrines, de wc's. Je ziet dat deel hieronder met nummer 17 op de plattegrond staan.

 

1 = KERK 7 = REFTER MONNIKEN 13 = GANG DER CONVERSEN  
2 = SACRISTIE 8 = KEUKEN 14 = KRUISGANG  
3 = KAPITTELZAAL 9 = AUDITORIUM (CELLARIUS)  15 = HOF  
4 = AUDITORIUM 10 = REFTER (CONVERSEN)  16 = LAVABO  
5 = PASSAGE 11 = CELLARIUM 17 = LATRINE  
6 = CALEFACTORIUM 12 = TRAP NAAR DORMITORIUM    

 

Alles wat op de plattegrond in het zwart is afgebeeld, is ook werkelijk in de grond aangetroffen. Alles wat met witte lijnen afgebeeld staat, is er vermoedelijk geweest. Dat weten we vrij zeker, want elk Cisterciënzerklooster werd op dezelfde manier gebouwd.

 

 

Je ziet hier een maquette van de Sint Bernardusabdij te Aduard bij de stad Groningen. Dit was een dochterklooster van Klaarkamp. Van dat klooster is de ziekenzaal nog over. Die ziekenzaal doet nu dienst als hervormde kerk van Aduard.

 

 

In de kerk hangt een heel groot schilderij dat laat zien hoe de kerk vroeger als ziekenzaal werd gebruikt. De stenen van de vloer lopen door in de tekening. Achter het doek staan de kerkbanken. Op de foto hieronder zie je de buitenkant van de ziekenzaal.

 

 

Zoals de ziekenzaal van Aduard, zo moeten de gebouwen van Klaarkamp er ook uit hebben gezien. Wanneer je nu op het kloosterterrein van Klaarkamp rondloopt, dan kun je je haast niet voorstellen dat dat hier allemaal echt gebeurd is. Om je heen zie je er bijna niets meer van, maar door middel van verhalen, summiere vondsten en een beetje fantasie kun je het klooster weer te voorschijn halen. Probeer het maar eens.

 

Foto's uit een computeranimatie van de Noordelijke Hogeschool in Leeuwarden

 

Oh ja, die spreuk. TERAR DUM PROSIM, 'Ik moge verteren (ten onder gaan) als ik maar nuttig ben'. Het klooster Klaarkamp is met terp en al afgegraven en verdwenen. Maar overal in onze  gemeente kun je nog sporen van de monniken ontdekken. Oude stukken zeedijk, ingepolderd land, oude kerken, de Schierstins, de Schiersloot en ga zo maar door. Of het nu om het afgraven van veen bij Veenwouden gaat, of de aanleg van het kloosterpad, de monniken hebben zich nuttig gemaakt en dat is nog overal te zien.

 

Maak de puzzel over Klaarkamp. Klik hier.

 

Tekst en foto's Dirk Corporaal 2007

 

 

 

 

Bekijk de filmpjes over leven in een cisterciënzerklooster (klik op de link)

 

1. De Benedictijnse orde

 

2. Citeaux en Fontenay, Cisterciënzer Orde

 

3. De strengheid van Bernardus, slaapzaal

 

4. De voeding van de Cisterciënzers

 

5. Ambachten in het klooster

 

  6. Hiernaast een filmpje over het werk in een klooster.
  7. Hiernaast zie je een filmpje van schooltv over de kloostergelofte.

 Klooster Klaarkamp Fryslân dok deel 1

 

Klooster Klaarkamp Fryslân Dok deel 2

 

Klooster Klaarkamp Fryslân Dok deel 3

 

We hebben 15 gasten en geen leden online

achterweg.jpg
oude gemeentehuis.jpg